Meer dan 4 seinbeelden per sein, hoe werkt dat?

Aus RailRoad&Co.-Wiki
Version vom 10. April 2025, 15:00 Uhr von Albert Hartveld (Diskussion | Beiträge) (Die Seite wurde neu angelegt: „: Voor elk seinbeeld is een schakelaar nodig. Deze heeft als het adres dat moet worden geschakeld, het decoderadres dat verantwoordelijk is voor dit seinbeeld.“)
Zur Navigation springenZur Suche springen
Verwendung
thumbs


Meer dan 4 seinbeelden

KS-Signal

In het TC forum in dit bericht werd besproken hoe je seinen met meer dan 4 seinbeelden kunt weergeven in TrainController en hoe je de bijbehorende decoder moet aanspreken.

Fig: KS-Signal

Op dit moment (april 2012) is de status van TC zodanig dat er seinen met maximaal 4 seinbeelden worden aangeboden voor gebruik in een "kant en klare vorm".

Dit artikel is bedoeld om een oplossingsrichting op TC-niveau te laten zien (die niet getest is), maar gaat niet in op de configuratie van de decoder of de aansluiting van het sein op de decoder.

Aannames en voorwaarden

  1. Een seinbeeld wordt via de decoder aangestuurd met behulp van een adres. Omdat de adressen en hun structuur van digitaal systeem tot digitaal systeem verschillen, wordt hier in de tekst alleen de term "adres" gebruikt. TC levert automatisch de adresrepresentatie die aan de eisen voldoet.
  2. De grafische opties voor het weergeven van je "eigen, specifieke" seinbeelden zijn alleen beschikbaar in de Gold versie van TC. In de Silber versie moet je "vrienden worden" met de standaard visualisaties.

Seinbeeld - baanwachter

Het weer te geven seinbeeld wordt gegenereerd uit de bedrijfssituatie door middel van baanwachters. Aanvullende weergaven, zoals snelheidsinformatie, kunnen ook op deze manier worden bepaald en als seinbeeld naar een decoder worden verzonden.

-- Als je nog een stap verder gaat, kan zo'n snelheidsspecificatie ook worden opgenomen in de besturing van de trein/locomotief --

Seinbeeld genereren

  1. Er is één baanwachter nodig voor elk seinbeeld, inclusief het "standaard" seinbeeld (bijvoorbeeld ROOD / HP0).
  2. De triggers en de voorwaardes die van toepassing moeten zijn om deze baanwachter te laten reageren, worden ingevoerd in de trigger en de voorwaarden. In de actieve status vertegenwoordigt dit het signaalbeeld dat moet worden weergegeven. -- Deze informatie wordt ingevoerd voor seinen met maximaal 4 seinbeelden in het respectieve signaalbeeld van het "TC-seinsymbool". --
  3. In de baanwachter die het "standaard" seinbeeld moet weergeven, is in de trigger / voorwaarden ingesteld dat deze baanwachter alleen actief is als alle andere baanwachter voor seinbeelden inactief zijn.
  4. Bovendien moet ervoor worden gezorgd dat er altijd maar één seinbeeld baanwaanwachter actief is.

Weergave in het seinhuis

Afhankelijk van de totale seinbeeldweergave, inclusief het aantal lichtobjecten dat per sein moet worden weergegeven, zijn er twee basisvarianten ...

  1. bewerk het symbool van de baanwachter en stel de baanwachters zo op dat ze het algemene sein weergeven
  2. of gebruik 2 of meer van de TC seinsymbolen (2,3,4 - conceptuele symbolen zijn beschikbaar) en bewerk deze symbolen volgens de eisen. Deze TC-seinsymbolen worden dan zo gerangschikt dat het corresponderende sein wordt weergegeven in de TC-seinhuis.

Als de TC seinsymbolen worden gebruikt, dan wordt in de trigger van de sein-baanwachter die verantwoordelijk is voor dit seinbeeld ingesteld. Om formele redenen kan het "standaard" seinbeeld hier leeg gelaten worden. -- In het seinbeeld symbool kan dit bijvoorbeeld zwart blijven, d.w.z. helemaal geen seinbeeld weergeven of ALLE anderen bijvoorbeeld in een "uit"-toestand (grijs); afhankelijk van je eigen smaak.

Adressering van de decoder

Ervan uitgaande dat de adressering gebaseerd is op het bestaande systeem voor 2 - 4 seinbeelden en dat uiteindelijk één adres (inclusief het bitmasker) verantwoordelijk is voor elk seinbeeld, zijn er in principe twee opties.

  • Adressering door middel van afzonderlijke schakelaars
Voor elk seinbeeld is een schakelaar nodig. Deze heeft als het adres dat moet worden geschakeld, het decoderadres dat verantwoordelijk is voor dit seinbeeld.
Der Schalter wird als Teil der Signal-Bahnwärter Operation eingeschaltet, wenn der Bahnwärter aktiviert wird. In den Operationen stellt man nach dem Aktivieren des Schalters eine (Warte-) Zeit ein (z.B. 100 ms) und schaltet danach den Schalter wieder aus. Alternativ kann man den Schalter auch mit der Operation ausschalten, die beim Deaktivieren des Signal-Bahnwärters ausgeführt wird.
  • Adressierung mittels TC-Signal-Symbolen
Werden die TC-Signal-Symbole zur Darstellung in den TC Stellwerken eingesetzt, dann lassen sich auch die dort jeweils vorgegebenen Adressierungsverfahren einsetzen.
Es ist jedoch darauf zu achten, daß dann der Decoder entsprechend konfiguriert und die Signalbilder an diesen angeschlossen werden. Der Decoder muß also eine gewisse Freizügigkeit in der Konfiguration zulassen. Evtl. muß auch mit der Signallampen (LED) - Anschalten etwas experemtiert werden. Aus meiner Sicht, sollten sich jedoch bis zu einem gewissen Grad bestehende Signal-Decoder hierfür einsetzen lassen.
Über den "Umweg" der Signalbild-Ermittlung mit den Bahnwärtern, sollten im Gegensatz zu einer direkten Ermittlung in den TC-Signal-Symbolen keine Probleme auftreten, daß kurzeitig evtl. mal zwei Adressen und damit zwei Signalbilder erzeugt werden; hier denke ich insbesondere an die "default" Einstellungen.

Keine fertige Lösung

Dieser Beitrag soll ausschließlich Anregungen liefern und keine fertigen Lösungen. Die sind jeweils individuell zu erarbeiten.

Auf der anderen Seite zeigt der Beitrag aber auf, daß bereits "heute", mit den zur Verfügung stehenden Objekten in TC, solche mehrbegriffigen Signale realisieren, d.h. nachbilden lassen.


Jens Mohr 14:10, 12. Apr. 2012‎ († 2023)
bearbeitet: Uslex (Diskussion) 14:10, 3. Jul. 2022 (CEST), Uslex (Diskussion) 10:39, 24. Aug. 2024 (CEST)